10-07-2025

Van afsluiting naar startpunt: wat als toetsen het begin van beter onderwijs zijn?

6
min leestijd
Lobke Spruijt

Toetsen voelen vaak als een eindpunt. De student bereidt zich wekenlang voor, de docent zet alles op alles om de afname goed te organiseren, en zodra de cijfers binnen zijn, ademen we allemaal opgelucht uit. Geslaagd of gezakt – klaar.

Maar ik vraag me af: wat als elke toets juist het beginpunt zou zijn van beter onderwijs?

Als onderwijskundige zie ik keer op keer hoe een toetsperiode een enorme berg is om te beklimmen. Voor studenten draait alles om de vraag: haal ik het of niet? Voor docenten, examenbureaus en roostermakers draait het om logistiek en organisatie.

En eerlijk: vaak heerst na afloop vooral opluchting. De toets is afgenomen, de cijfers zijn verwerkt – we kunnen door. Maar daarmee missen we misschien wel de grootste kans die toetsing ons biedt.

Want een toets is veel meer dan alleen een meetlat. Digitale toetsafnames maken dit zichtbaar: ze geven niet alleen inzicht in prestaties van individuele studenten, maar ook in bredere patronen. Welke thema’s blijken lastig voor een groep? Waar vallen opvallend veel studenten uit? Welke onderwerpen lijken juist goed te landen?

Steeds vaker zien we onderwijsconcepten als lerend kwalificeren en programmatisch toetsen. Pleitbezorgers pur sang zouden wellicht stellen dat toetsen hierin geen plaats hebben, maar in mijn ogen kan  een toets óók een krachtig feedbackmoment zijn – niet alleen voor studenten, maar ook voor docenten, toetsontwikkelaars en het onderwijs zelf.

Elke toetsafname levert waardevolle informatie op waarmee we kunnen verbeteren: vragen kunnen worden aangescherpt, leerstof kan beter aansluiten, en onderwijsprogramma’s kunnen verder worden ontwikkeld.

Het vraagt wel een andere mindset. Toetsen niet zien als eindpunt, maar als onderdeel van een doorlopende (toets)cyclus. Een cyclus waarin analyseren en reflecteren net zo belangrijk zijn als afnemen en beoordelen. Waarin we toetsen gebruiken om de kwaliteit te voeden, niet om een periode af te sluiten.

Stel je eens voor: elke toets wordt een bron van inzicht. Voor studenten: waar sta ik nu, wat beheers ik al, en waar ligt mijn volgende stap? Voor docenten: welke patronen zie ik in mijn groep en hoe kan ik daar volgende week op inspelen? Voor onderwijsorganisaties: hoe gebruiken we toetsdata structureel om de kwaliteit te verbeteren?

Wanneer we toetsing zo benaderen, verandert de rol van de toets fundamenteel. Dan is het niet langer alleen een beoordelingsinstrument, maar een verbeterinstrument. Niet langer een afsluiting, maar juist een beginpunt.

En precies daar ligt, denk ik, een belangrijke sleutel tot beter onderwijs.